Als er één film is die de voorbije maand heel wat stof doen opwaaien heeft, is het Django Unchained wel. Elk(e) recensie, analyse, kritiek, publiciteitscampagne of interview ging gepaard met voor- en tegenstanders en het duurde niet lang alvorens er een eerste relletje viral ging. In december verklaarde regisseur Spike Lee namelijk dat hij de film niet zou gaan bekijken. De reden die hij hiervoor opgaf was dat hij "can't disrespect [his] ancestors", hiermee suggererend dat Django Unchained een racistisch spektakel zou worden. Quentin Tarantino zelf werd enkele weken nadien in een interview nogal bits tegen een journalist die hem vragen stelde over zijn visie op geweld in film, hiermee de hele discussie over het gratuit bloedvergieten in zijn films (weer) aan de oppervlakte brengend. Los daarvan zou ik niet graag de persoon zijn die hem interviewt, ook al is de defensieve (lees: vaak arrogante) houding van vele regisseurs en acteurs te begrijpen in het huidige imago-bashing klimaat. Bovendien kunnen zij die Tarantino al aan het woord zagen, zich terecht de vraag stellen of hij niet meer dan eens stijf staat van de coke. Anderzijds heeft hij een zeer excentrieke persoonlijkheid en kan dat eveneens zijn hyperactiviteit verklaren. Vermoedelijk is het wat van beiden. Hoe het ook zij, menig filmjournalist is al met hem in aanvaring gekomen. En wie de regisseur achter de film niet hebben kan, kan vaak de film zelf ook niet hebben.
Om hiervan een voorbeeldje te geven, kunnen we Focus Knack recensent Dave Mestdach aanhalen. Zichzelf een profiel aanmetend in de schaduw van Tarantino, wil ik hem gerust nog wat meer spotlights gunnen (alle publiciteit is goed, nietwaar?). Mestdach begon al in de week voor de release van Django Unchained met sneren te geven aan Tarantino's adres. In zijn recensie over Tabu schreef hij: "Maar hoe arty-farty dat op papier misschien ook klinkt, Gomes' postmoderne spelletje betovert en bewijst dat – nu even goed opletten, Quentin! – niet alle pastiches holle, voorspelbare en makkelijke ironische citatenbundels zijn." In zijn recensie van Django Unchained, besloot hij met de zin: "Hoog tijd dat Tarantino de ketens van de postmoderne pastiche losrukt,
ophoudt met copy-pastefilms te maken en nog eens iets echt opwindends
serveert als Reservoir Dogs, Pulp Fiction en Jackie Brown, met epische
voorsprong zijn beste films." De week erop, in de recensie van Lincoln, kon hij het weer niet laten: "Yep, het is weer eens wat anders dan de slavernij gebruiken als
springplank voor een gratuit bloedballet met cowboyhoedjes op. Of niet,
Quentin?" In de tussentijd, op Mestdachs Twitter, konden we nog wat meer beschimpingen lezen. Een selectie tweets: "Vanavond op Canvas: Eastern Promises van David Cronenberg, een regisseur die zich tot Tarantino verhoudt als de Everest tot de Kemmelberg", "Geweldige spaghettiwestern, die Django. Stukken beter en subversiever dan die rip-off rommel van Tarantino", "Wat QT nodig heeft is een solide co-scenarist, strenge monteur en Knack abonnement. Drie dingen die hem deugd zouden doen", "Mocht QT evenveel IQ en ambitie hebben als stijl en instinct: hij was een hele grote" en een staaltje zelfbewustzijn met "And you will know my name is Dave Mestdach when I lay my vengeance upon QT!" We zullen het inderdaad allemaal geweten hebben. In welke mate Mestdach hiermee zijn integriteit als filmrecensent te koop heeft gesteld, lijkt me geen onterechte bemerking. Ik vond het alvast allemaal erg gênant. Men vrage zich af of de redactie van Focus Knack er niet beter aan doet om in de toekomst de nieuwe Tarantino films door Piet Goethals of Steven Tuffin te laten recenseren. Of wacht... Neen... Juist ja, Mestdach is ook (eind)redacteur van Focus Knack - híj is hier de bepalende factor. Wat nobel dan om de anti-Tarantino kruistocht voor zijn eigen ergernis te stellen!
Ivo De Kock (Filmmagie, De Wereld Morgen) en Han Soete (De Wereld Morgen) oordeelden, tegen het Tarantino bashing in, dat Django Unchained een zeer subversieve, confronterende film was. In plaats van te concluderen dat dit postmoderne pastiche zou zijn, doen ze meer eer aan Tarantino's intenties door het rebelse en controversiële karakter te belichten. Op hun recensies kwam reactie van Paul De Roo die vond dat het ophemelen van de film toch voorzichtiger moest gebeuren: één bevrijde slaaf is nog geen structurele oplossing voor de slavernij, hoe heldhaftig het ook moge ogen. Een terechte opmerking, want ook Tarantino adoreert het zelfverheerlijkende Amerikaanse individualisme. Persoonlijk zag ik hier echter niet meteen een probleem in (ditmaal), omdat het voor mij meer ging over empowerment dan over structurele oplossingen. Wanneer we de recensie op de communistische website Kasama van Ed Thompson lezen, kunnen we tevens concluderen dat Django Unchained komaf maakt met de stereotype 'black and white'-verhoudingen in cinema, net zoals dat vroeger in blaxploitation films gebeurde. Dat een Amerikaanse blockbuster eens niet vergaat in de doordeweekse splijtzwam van cinefiel elitarisme en commercieel populisme, is op zich al iets om toe te juichen. Het enige wat ik er zelf nog zou willen aan toevoegen, is dat ik me toch wel vaak vragen heb gesteld bij de assumptie dat elk mens omkoopbaar is - Dr. Schultz weet werkelijk iedereen vatbaar te maken voor de verleiding van het geld. Dergelijke liberale illusie (want ze is een ideologische projectie, geen feitelijkheid) had ik graag doorprikt gezien door minstens één personage dat eraan zou weerstaan, maar misschien kunnen we dat niet verwachten van een postmoderne (en dus niet zelden cynische) cineast. Hoe het ook zij, Tarantino laat zich niet makkelijk lezen en zijn films evenmin. Laat net dat ook de charme van zijn stijl zijn.
Los van alle polemiek, geef ik met plezier toe dat ik wederom erg genoten heb van de nieuwe Tarantino. Zijn films blijven mij hoe dan ook liggen. Hoewel ik Inglourious Basterds verkies boven deze, kan ik evenmin zeggen dat het zijn minste film is (welke voor mij nog steeds Kill Bill, Vol. 1 is). Alle ingrediënten zijn weer aanwezig: koelbloedig en excessief geweld, zenuwslopende dialogen, referenties aan obscure / cult films, een sterke cast (hoewel kleiner dan anders), een kitscherige soundtrack en de ultieme bevrediging van het 'in your face'-plot. Tarantino's eigenzinnige stijl is voor sommigen uitgemolken of zou zelfs nooit gewerkt hebben, maar gelukkig wordt het maken of kraken van films steeds minder voorspeld door marketing en de filmelite alleen - hoewel het een zeer traag, hardleers proces is. Moge Tarantino zijn films hiervoor de weg blijven vrijhouden.
Het debat rond de film is bijna even interessant als de film zelf. Zij het dat je voor het debat je kopje moet gebruiken, terwijl de film vooral beroept op het gevoel van awesomeness. Leonardo DiCaprio, Christoph Waltz, Jamie Foxx en Samuel L. Jackson blinken stuk voor stuk uit als helden of hatelijke schurken. De ene na de andere 'Fuck Yeah!'-scène stapelt zich op, onder meer met een hilarische Ku Klux Klan waarin we Don Johnson en Jonah Hill zien, een explosieve white trash scène met Tarantino zelf en een cameo-scène met Franco Nero (die de held speelt in Django (1966)). Veel nuance krijgen we, naar goede gewoonte, niet. De slechteriken zijn de slechteriken en worden geportretteerd als het summum van racisme of stupiditeit. Heerlijk hierin is dat de wetenschap ook een voltreffer krijgt: de (ondertussen verworpen) craniologie wordt aangehaald om de superioriteit van het blanke ras te legitimeren. Akkoord, toen was Popper er nog niet om met het belerende falsificatie-vingertje te wijzen, maar toch, de arrogantie van de wetenschap is van alle tijden en het is leuk om die een opdoffer te zien krijgen.
Dit wordt ongetwijfeld zo één van die films waar iedereen over praat. Indien je mee wil zijn zonder te moeten afgaan op wat men zegt, bekijk de film dan vooral zelf. Indien Tarantino je altijd al Siberisch koud heeft gelaten, doe dan geen verdere moeite. Ik zie met Django Unchained alvast geen 'volwassenwording' (alsof dat iets positief zou zijn) van Tarantino, noch zie ik een breuk met of een terugkeer naar zijn oudere werk. De film is denk ik alleen wat minder voorzien van hetzelfde soort legendarische materiaal zoals we dat zagen in zijn vorige films. Niettemin ben ik toch benieuwd welke dialogen en scènes van deze prent binnenkort in het collectieve geheugen gegrift zullen staan.
Een voorsmaakje:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten